Onze collectieve geschiedenis in Nederland

Schoolproject: ‘De levensverhalen van migrantenouderen in de klas`

De heer Lagili en Sahin Yildirim

Oudere migranten, die in de jaren zestig naar Nederland kwamen en bijvoorbeeld werkten bij Melkunie en de Fokkerfabriek, gaan hun verhalen vertellen voor de klas. Dit om het migrantenleven in de spotlight te zetten en de geschiedenis onder de aandacht te brengen bij scholieren. ‘Zonder hen was de Nederlandse economie nooit sterk zoals het nu is’, aldus initiatiefnemer van het project Sahin Yildirim.

In de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw ontstond er in Nederland een groot gebrek aan arbeidskrachten. Nadat men eerst gastarbeiders uit landen als Italië, Spanje, Joegoslavië, Griekland en Turkije had aangetrokken, kwam er eind jaren zestig een stroom van arbeiders uit Marokko op gang.

‘Migrantenouderen hebben veel meegemaakt. Vanuit een ander land en een andere cultuur, gingen ze pionieren en bouwen aan een betere toekomst. Hoe was dat? Wat lieten ze achter en wat hebben ze in Nederland gevonden? Het project ‘De levensverhalen van migrantenouderen in de klas’ gaat met verhalen van migrantenouderen aan de slag en geeft ze een podium waar ze trots mogen zijn op hun levensverhaal. Middels gastlessen op scholen willen we leerlingen/ scholieren kennis maken met het begrip ‘migratie’ , ‘cultuur’, ‘erfgoed’ en de geschiedenis van migrantenouderen uit hun stad. Wij geloven dat het vertellen van deze verhalen bijdraagt aan het besef van eigen identiteit en dat wij leven in een samenleving van vrede, solidariteit en vrijheid’, aldus Sahin Yildirim.

Les over migratie

‘Middels gastlessen op scholen willen we leerlingen kennis laten maken met het begrip ‘migratie’ en de geschiedenis van migrantenouderen uit hun stad. Vervolgens worden deze opa’s en oma’s door de kinderen geïnterviewd en worden hun verhalen opgetekend. De verhalen worden zo teruggegeven aan de ouderen en zo breed mogelijk gedeeld met inwoners van de stad’, vertelt Yildirim. ‘Met het vastleggen van deze migratieverhalen brengen we onze gezamenlijke geschiedenis in beeld en genereren aandacht voor migratie in het algemeen en migrantenouderen in het bijzonder.’

Wat vinden de scholieren, ouders, docenten en rectoren van het project?

Meester Joost: “Ik wist niet dat de Turkse gemeenschap met bijna 500 duizend Turkse Nederlanders de grootste etnische groep in Nederland vormden. De interactie in de klas zorgde voor meer kennis over elkaars cultuur en gewoonten.”

Ouder, Maria: “De Italianen veroverden Nederland ongeveer 2000 jaar geleden. Na de tweede wereldoorlog kwamen arbeiders uit Italië naar Nederland. Op dit moment is de relatie tussen Nederland en Italië is goed. Dat zien we in de persoonlijke verhalen van de migrantenouderen weer terug. Ik vond de gastlessen op school heel erg waardevol.

Juf Emine: “De diversiteit is geen zwakte, het is een kracht die we moeten benutten. Daarom vind ik het belangrijk dat Atlas Cultureel Centrum met zulke projecten doorgaat.”
Mohamed (leerling groep 8): ‘Ik vond het echt een leerzame project. Eindelijk wordt er nu positief over mij gesproken.’

Rector Arjan: Ik vond de educatieve programma van Atlas Cultureel Centrum goed bedacht. De opzet nodigt uit voor het persoonlijke gesprek met verdieping hoe de ander zaken aanpakt en dat bespreek maken. Kortom, wat mij betreft een succes. Dank!”

Het project ‘De levensverhalen van de migrantenouderen in de klas’ staat voor:
• Het verbinden van generaties
• Geschiedenis en ontwikkeling
• Het verbinden van mensen in de wijk/ stad
• Erkenning bieden aan migrantenouderen voor hun levensverhaal.
• Het vastleggen van verhalen migrantenouderen en cultureel erfgoed
• Kinderen vaardigheden aanleren die passen bij 21st century-onderwijs
• Beleving van erfgoed en hen een gevoel van identiteit en continuïteit geven

Voor wie?
Het project De levensverhalen van migrantenouderen in de klas’ is geschikt voor scholen die leerlingen willen stimuleren de wereld te ontdekken. Het project sluit heel goed aan bij leerdoelen in het onderwijs, van bijvoorbeeld taal, wereldoriëntatie, burgerschap en onderzoekend leren. Het programma van De levensverhalen van migrantenouderen in de klas bestaat afwisselend uit gastlessen (bijvoorbeeld ‘hoe hou je een goed interview?’) en lessen waarin kinderen zelf aan de slag gaan. We gebruiken speelse werkvormen die aansluiten bij 21st century skills.

Interesse?
Bent u een docent, teamleider of rector? Wilt u het project ook op uw school uitvoeren? Neem dan gerust contact met de project coördinator, de heer Yildirim via info@atlascultureelcentrum.nl

Marokko

Mohamedi El Banihiati naar de Bemuurde Weerd voor een ontmoeting

Met een groot pak onder de arm komt Mohamedi El Banihiati naar de Bemuurde Weerd voor een ontmoeting met zijn oude werkgevers Arnold en John Schat van bakkerij Do Schat. Samen kijken ze naar een filmfragment over de bakkerij in het begin van de jaren zeventig, toen daar veel gastarbeiders werkten. El Banihiati was hun eerste buitenlandse werknemer.

Leuke herinneringen worden opgehaald. Hoe hij begon als schoonmaker, al snel in de bakkerij gebak stond te maken en een eigen wijk kreeg om brood te bezorgen. El Banihiati vond bij hen niet alleen een baan, maar kon ook wonen boven de zaak. Een schilderij “de bakkerij” van Anton Pieck, dat daar hing heeft hij al die jaren bewaard. Hij wil het nu weer terug geven aan de familie Schat.

Turkije

Van arbeider tot politicus

Necati Genç (1932, Gümüşhane) werkte als medisch officier in Turkije. Tijdens zijn dienstplicht in Erzurum won hij medailles met skiwedstrijden. Zijn vader werkte als ambtenaar bij een postkantoor. Hij wilde graag studeren, maar kon geen studiebeurs krijgen. In Ankara volgde hij een vierjarige medische opleiding.

De avontuurlijke Necati Genç is waarschijnlijk de allereerste Turkse migrant in Nederland. Hij kwam in 1959 in Nederland wonen nadat hij vier jaar met een vrachtschip landmijnen naar Amerika, Canada, Engeland en Duitsland had gebracht. Genç was bovendien de eerste Turkse tolk en maatschappelijk medewerker in Nederland.

Schoolproject: ‘De levensverhalen van migrantenouderen in de klas`

Gastarbeiders uit Griekenland

Met de komst van Griekse gastarbeiders in de jaren zestig begon de Griekse gemeenschap pas echt te groeien. In 1966 sloten de Nederlandse en Griekse regering een wervingsverdrag, waarna Nederlandse bedrijven in Griekenland arbeiders konden werven. In de praktijk gebeurde dat overigens al vanaf 1961. Bedrijven zoals de Staatsmijnen, Royal Sphinx (Maastricht), de garenspinnerij NYMA (Nijmegen) en De Vries Robbé (Gorinchem) trokken toen op eigen initiatief naar Griekenland. Bovendien hadden België (1957) en Duitsland (1960) al eerder een officieel verdrag getekend, waardoor er ook een migratie van Grieken uit die landen naar Nederland op gang kwam. Wanneer het werk in de Belgische mijnen te zwaar werd, zocht men vlak over de grens naar betere omstandigheden.

Een grote concentratie Grieken ontstond in Utrecht, waar zij naar verhouding oververtegenwoordigd zijn. In de loop van de jaren zeventig openden de eerste Griekse restaurants hun deuren. Het land werd steeds populairder als vakantiebestemming, wat hun populariteit in Nederland deed toenemen.De meerderheid van de Grieken in Nederland komt uit de noordelijke gebieden Macedonië en Tracië. Alleen in de havenstad Rotterdam wonen ook Grieken van de eilanden en van de Peloponnesos. In de jaren zestig steeg het aantal Grieken door de arbeidsmigratie, totdat de oliecrisis daar een eind aan maakte.

Vanwege de toetreding van Griekenland tot de EU (1981) konden Grieken vanaf 1988 gebruikmaken van het vrije arbeidsverkeer van werknemers. Als gevolg daarvan neemt hun aantal in Nederland vanaf het einde van de jaren tachtig weer toe. In 2010 woonden er 14.241 Grieken in Nederland.

Algerije

Van arbeider tot politicus

Gino Scalzo gaat in 1963 aan de slag in de Nederlandse Kabelfabriek (N.K.F.) in Delft. Zijn broer werkt daar dan al.
Gino wordt op 26 april 1941 in de provincie Palermo op Sicilië geboren. Zijn vader heeft een boerenbedrijf. Als jonge man werkt Gino in de boerderij en in de bouw. Hij komt in Delft terecht na een moeilijke periode van werk en verblijf in Zwitserland en Duitsland.

Scalzo heeft zich op politiek en sociaal front altijd ingezet voor de zwakkeren in de samenleving, niet alleen voor migrantengroepen. Als in 1986 migranten voor de gemeenteraad mogen stemmen, wordt hij gevraagd zich kandidaat te stellen. Hij twijfelt. Hij heeft een voltijdbaan bij de NKF en daarnaast is hij landelijk voorzitter van de FILEF (Federazione Italiani Emigrati e Famiglie), lid van de Districtsraad en de Bondsraad, voorzitter van de bedrijfsledengroep FNV, lid van het landelijke adviesorgaan voor minderheden van de Industriebond en lid van de Commissie etnische groepen.

Daarnaast zit hij in een commissie die het partijbestuur en Tweede Kamerleden van de PvdA adviseert en in de begeleidingscommissie van de Sociale Raadslieden, een adviesorgaan van B&W in Delft.
Na 14 jaar raadslid te zijn geweest en met de komst van zijn eerste kleinkind in 2000, stopt Scalzo met het gemeenteraadswerk. Tot op de dag van vandaag is hij maatschappelijk betrokken.

Italie

Van arbeider tot politicus

Gino Scalzo gaat in 1963 aan de slag in de Nederlandse Kabelfabriek (N.K.F.) in Delft. Zijn broer werkt daar dan al.
Gino wordt op 26 april 1941 in de provincie Palermo op Sicilië geboren. Zijn vader heeft een boerenbedrijf. Als jonge man werkt Gino in de boerderij en in de bouw. Hij komt in Delft terecht na een moeilijke periode van werk en verblijf in Zwitserland en Duitsland.

Scalzo heeft zich op politiek en sociaal front altijd ingezet voor de zwakkeren in de samenleving, niet alleen voor migrantengroepen. Als in 1986 migranten voor de gemeenteraad mogen stemmen, wordt hij gevraagd zich kandidaat te stellen. Hij twijfelt. Hij heeft een voltijdbaan bij de NKF en daarnaast is hij landelijk voorzitter van de FILEF (Federazione Italiani Emigrati e Famiglie), lid van de Districtsraad en de Bondsraad, voorzitter van de bedrijfsledengroep FNV, lid van het landelijke adviesorgaan voor minderheden van de Industriebond en lid van de Commissie etnische groepen.

Daarnaast zit hij in een commissie die het partijbestuur en Tweede Kamerleden van de PvdA adviseert en in de begeleidingscommissie van de Sociale Raadslieden, een adviesorgaan van B&W in Delft.
Na 14 jaar raadslid te zijn geweest en met de komst van zijn eerste kleinkind in 2000, stopt Scalzo met het gemeenteraadswerk. Tot op de dag van vandaag is hij maatschappelijk betrokken.

Spanje

Spaanse arbeiders 50 jaar in Nederland

Vanaf de jaren ’50 kwamen de eerste gastarbeiders uit Spanje naar Nederland. De Spaanse migranten kwamen vanwege economische redenen maar bij een flink aantal speelde ook politieke redenen een rol. De meesten gingen naar Frankrijk, maar spoedig waren zij ook in Nederland te vinden. Daar werden zij vooral door grote bedrijven geworven, zoals Hoogovens vanaf 1958, in de mijnen, bij Philips Eindhoven, de Twentse textielindustrie, in de Rotterdamse havens en bij de Demka in Utrecht.

Het Franco-regime

In Spanje had Franco met zijn fascistische Falange-beweging zich stevig gevestigd. Hij werd actief gesteund door de Rooms-katholieke kerk. In de context van van de Koude Oorlog streed Spanje ook tegen het communisme. Er werden vier belangrijke Amerikaanse militaire bases in Spanje gevestigd. In feite was deze dictatuur hiermee een soort lid van de NATO. Op het einde van zijn regime probeerde Franco zijn steeds minder populaire bewind te redden. Onder meer door prins Juan-Carlos als zijn opvolger aan te wijzen. Dat kon omdat de monarchie nooit officieel was afgeschaft. De prins kreeg inderdaad de macht na de dood van de dictator in 1975, maar het pakte anders uit dan voorzien. Spanje werd namelijk snel een democratie in de vorm van een constitutionele monarchie. Tien jaar later sloot het land zich aan bij de EEG.